Hoofdstuk 13
Drukke Grens
Marechaussee bewaakt drukke Grens

Marechaussee bewaakt drukke grens, zo luidde de aanhef in het ‘Dagblad voor Noord-Limburg’ de datum 1 maart 1986, waarin de werkzaamheden van de brigade Koninklijke Marechaussee Venlo, voor één dag gevolgd werden door een verslaggever van deze krant.
“Waarom wil iemand ongezien de grens passeren? Dat kan om tientallen redenen het geval zijn. Bijvoorbeeld omdat hij geen geldig paspoort of visum bezit. Drugs op zak heeft, of nog een onbetaalde boete heeft uitstaan. Aan de Koninklijke Marechaussee de taak daar zoveel mogelijk een stokje voor te steken. Terwijl de Douane belast is met de controle van grensoverschrijdend goederenvervoer, moet de Marechaussee het personenverkeer in het oog houden. De brigade Venlo van de Marechaussee heeft de verantwoordelijkheid over één van de drukste grensovergangen van ons land, de autoweg E-34. Daarnaast heeft de brigade de doorlaatpost op het Venlose station onder haar hoede en houdt zij het grensgebied tussen de ‘Witte Stein’ in Reuver en ‘De Hamert’ bij Wellerlooi in de gaten. Het verslag, een dag uit het leven van de brigade Venlo, door de ogen van verslaggever Karel Siebers”.
Een dag uit het leven van de brigade Venlo
“De schokdempers van de blauwe Volkswagenbus hebben het zwaar te verduren. Het smalle hobbelweggetje aan de grens ten oosten van Belfeld is keihard en het tempo noodgedwongen laag. Een trimmer houdt het busje moeiteloos bij. Opperwachtmeester Jacques Hendrix en wachtmeester Frans Schallenberg van de Venlose Marechaussee zijn bezig aan een ‘grenspatrouille’.
Ongeveer twee keer in de maand wordt de dertig kilometer grensweg tussen grenspaal 429 bij Reuver en grenspaal 501 bij Arcen op die manier hotsend en botsend afgelegd. “Eigenlijk zouden we het elke week moeten doen, maar daar hebben we helaas geen tijd voor”, zegt Hendrix, plaatsvervangend commandant grensbewaking. “Daarom wordt volstaan met dagelijks kleine patrouilles langs een stukje grens. Het helemaal dichtgooien van de grens gebeurt maar een of twee keer per jaar. Een dergelijke actie in het veld is bedoeld om eens te kijken wie of wat er ’s nachts zoal via bospaadjes de grens over wil. De Douane doet dan meestal mee”.
Tamils
Wie clandestien de grens over wil, hoeft dus alleen te wachten tot de patrouille uit het zicht is verdwenen. Niemand die hen tegenhoudt. Hendrix: “Te voet is daar inderdaad geen kunst aan, nee. We kunnen moeilijk dag en nacht om de tweehonderd meter een mannetje neerzetten. Zeker iemand die een beetje de weg weet is zo de grens over. Alleen die Tamils1 wisten vorig jaar de weg duidelijk niet. Daarom liepen er ook zoveel tegen de lamp”.
Opvallend is het aantal trimmers dat in het schemerduister de vrieskou trotseert. “Als je wilt smokkelen, moet je een joggingpak aantrekken”, adviseert Hendrix.
De grens wordt op de meeste plaatsen gemarkeerd door een rij bomen, struikgewas of een aarden wal, maar in de buurt van Tegelen zijn er wat open stukken. De Duitse Grenspolitie de Bundesgrenzschutz2 heeft daar houten palen en betonnen buizen in de grond gegraven. “Die dateren nog uit de tijd van de Baader-Meinhofgroep3, weet Hendrix. Alle plaatsen waar je met de auto de grens over kon, zijn toen dichtgestopt”. Sinds ‘Baader-Meinhof’ hebben de Duitsers hun controles in het veld, die toch al niet schaars waren, geïntensiveerd constateert Hendrix met enige spijt: “Wij hebben de mensen daar niet voor. Zij duidelijk wel”.

Spoorlijn
Zo nu en dan snuffelt de Marechaussee ook wat rond in de buurt van de spoorlijn, die bij de ‘Keulse Barrière’ het land verlaat. Het zal niet de eerste keer zijn dat er drugs in de spoorberm worden gevonden. Treinsmokkelaars die plotseling een controleur in het gangpad zien naderen, weten soms geen andere oplossing dan de contrabande4 maar uit het raam te mikken. Soms ook is dat afgesproken werk en is een trawant in de buurt om het zaakje op te pikken. Het lijkt jongensboekenromantiek, maar het gebeurt. Duitse heroïnegebruikers uit de grensstreek hebben trouwens een manier ontdekt om arrestatie te voorkomen. Hendrix: “Ze komen legaal de grens over, kopen in Venlo een spuit en heroïne, spuiten zich hier in en gaan weer net zo legaal terug. Daar kraait geen haan naar”.
Motorfiets
Bij de grensovergang ‘Herongerweg’ in Venlo vraagt de Duitse grenswacht om hulp. Een Duitser wil met een Nederlandse motorfiets in zijn bestelbusje de grens over. De vraag is of de motor misschien in Nederland is gestolen. Wachtmeester Schallenberg informeert even via de mobilofoon. De motor blijkt safe. “Je ziet, de contacten met de Duitse collega’s zijn prima”.
Dat moet ook wel, want zowel op het station als aan de E-34 deelt de Marechaussee wachthuisjes met mensen van de ‘Bundesgrenzschutz’.
In de abri aan de E-34 luisteren de Duitsers zelfs enthousiast mee naar de Nederlandse radio, die luid verslag doet van de Elfstedentocht. Marechaussee Willem Linders staat in de deuropening, volgt met een half oor de verrichtingen van Evert van Benthem en houdt tegelijkertijd het inkomende verkeer in de gaten. Hij doet het werk nu twee jaar en zegt in die tijd een redelijke feeling te hebben ontwikkeld voor zaken die mogelijk niet in de haak zijn.
Groene schijf
Een Belgische auto met drie mannen erin wordt door Linders met een beslist gebaar naar de zijstrook gedirigeerd. Het overige verkeer hoeft niet op die manier te wachten en kan ongehinderd doorrijden, zoals Duitse-,Franse- en Beneluxpolitici vorige zomer in ‘Schengen’ (Luxemburg) hebben afgesproken.
Volgens die overeenkomst wordt het verkeer uit de EG-landen nog steeds bij wijze van steekproef gecontroleerd. Door middel van een groene schijf achter de voorruit kan men laten weten dat alle grenspapieren in orde zijn en dat men niets heeft aan te geven.
De gevolgen voor de grenscontrole zijn inmiddels duidelijk merkbaar. Uit het deze week verschenen jaarverslag van de brigade Venlo blijkt dat het aantal geconstateerde strafbare feiten sinds de versoepeling van de controle flink is teruggelopen. En de groene schijf, waarvan het nut door de mensen aan de grens al bij de invoering werd betwijfeld, is nu, na een dik half jaar, ook bij automobilisten in onbruik geraakt. De schijf is nog maar achter een paar voorruiten te zien.
Militairen
De drie Belgen blijken terroristen noch smokkelaars te zijn en mogen hun weg vervolgen. Had Linders een speciale reden deze wagen uit de rij te plukken? “De meeste Belgen die hier langskomen zijn militairen of zakenlui, met wie doorgaans alles in orde is. Ik zag meteen dat deze drie geen soldaten of zakenmensen waren. Vandaar toch even een snelle controle. Je weet nooit”.
Terwijl Evert van Benthem zijn voorsprong bestendigt, laat Linders zijn oog vallen op een doorsnee Duitse Kadett met een doorsnee man en vrouw er in. Of ze maar even naar de kant willen. De Marechaussee bekijkt de paspoorten en vraagt de inzittenden het dashboardkastje te openen.
Waarom? “Die mensen keken vreemd toen ze aan kwamen rijden. Dat is moeilijk uit te leggen. Ook weer een kwestie van intuïtie. Wie zich wat raar gedraagt, wordt aangehouden”, verklaart Linders. In het dashboardkastje zoekt hij naar eventueel aanwezige wapens. Dat dit geen overdreven wantrouwen is, blijkt uit de cijfers van vorig jaar. Toen werden op die manier bijvoorbeeld 21 stiletto’s onderschept, negen wapenstokken, 15 dolken, een boksbeugel en een kapmes.
Tassen
Intussen wordt het steeds drukker aan de grens. In veel auto’s zitten een man en een vrouw met lege tassen op de achterbank. Aan de kentekens te zien zijn de meeste wagens afkomstig uit de grensstreek. Kooptoeristen op weg naar het Nolensplein in Venlo, weten de controleurs. Ze mogen doorrijden.
Dat geldt niet voor drie Turken met een Duits kenteken op hun wagen. Mensen met een voor West-Europese begrippen donker uiterlijk worden trouwens vrijwel allemaal gecontroleerd. “Dat is geen kwestie van discriminatie, zoals ze ons vaak verwijten. Het is nu eenmaal een feit dat deze mensen heel vaak een visum moeten hebben. En wij zijn verplicht dat te checken”. Een vrouw uit Maleisië wordt om dezelfde redenen naar de kant gehaald. Haar paspoort is een bonte kermis van stempels en visa uit de meest exotische landen. Douane, Marechaussee en Bundesgrenzschutz bestuderen het document langdurig, maar kunnen geen ongerechtigheden ontdekken.
Ook een Noor (die zijn hier zeldzaam in deze tijd van het jaar) krijgt meer dan gemiddelde aandacht.
Boos
Een Nederlandse vrouw draait boos haar raampje omlaag. “Die klootzakken, daar”, blaast ze, met haar duim naar achteren wijzend. Het blijkt dat ze even tevoren door de Duitse Autobaan Politie is bekeurd wegens het te snel rijden op het laatste stuk voor de grens.
“Ze rijden soms de vouw uit je broek”, beweert opperwachtmeester Henk Bosma even later in het vorig jaar nieuw gebouwde grenskantoortje. Hij is coördinator van de doorlaatpost. “Toen afgelopen zomer die versoepelde controle werd ingevoerd, meenden veel mensen dat ze door konden razen zonder gas terug te nemen. Het is een paar keer gebeurd dat een van onze mensen als een haas opzij moest springen. Daarom hebben we een bocht in de rijstrook gemaakt met van die oranje kegels. Nu gaat het goed”.
Telex
In het kantoortje komt per telefoon, telex en post een onafgebroken stroom informatie binnen over gezochte personen en auto’s. Aan het prikbord hangt een lijstje namen. Opper Bosma: “Dat zijn mensen die iets op hun kerfstok hebben en mogelijk naar Nederland komen. Deze Pakistaan bijvoorbeeld wordt van drugssmokkel verdacht. Het is helemaal niet zeker dat hij via Venlo het land binnenkomt, maar als hij dat toevallig wel doet, moeten we hem natuurlijk kunnen herkennen”.
Hij vertelt dat de doorlaatpost door zijn goede contacten met de Duitse autoriteiten, veel te hulp wordt geroepen door Politiekorpsen in het hele land. “Stel dat de Politie in Den Haag meer informatie wil hebben over een auto met Duits kenteken. Ze kunnen dan via de geëigende kanalen informatie inwinnen in Duitsland, maar dat duurt altijd een tijdje. Ze weten dat het sneller gaat als ze even een telefoontje met ons plegen.
Wij bellen dan weer met de collega’s hier verderop in het Duitse grenskantoor, die even op hun beeldscherm kijken en de gegevens zo kunnen oplezen. Den Haag krijgt dan meteen een telefoontje terug. Het zijn niet de formele paden, maar het gaat wel sneller”.
Record
Een veelgebruikt boekwerk aan de doorlaatpost is het opsporingsregister van justitie. In een handzame pocket, waarvan elke veertien dagen een bijgewerkte editie verschijnt, staan de namen van iedereen die in ons land nog een boete of een gevangenisstraf heeft uitstaan of om een andere reden wordt gezocht. Absoluut recordhouder is een man uit Den Haag, wiens naam welgeteld 132 maal in het register voorkomt, voornamelijk wegens onbetaalde verkeersboetes. “Als we die knaap hier snappen, zijn we een dag zoet met het uitschrijven van formulieren”, zegt Bosma. “En dan geven we hem ook maar meteen door aan het Guinness Book of Records”.
Niets van deze pagina mag worden:
- Gekopieerd;
- Verveelvoudigd;
- Opgeslagen in een geautomatiseerd bestand;
- Openbaar gemaakt, in enige vorm of op enige wijze, hetzij elektronisch, hetzij mechanisch, hetzij door opnamen of op enige andere manier,
zonder voorafgaande schriftelijke toestemming van de uitgeverij.
© 2005 Uitgeverij
F.H.J. Schallenberg
ISBN 90-9019389-8 /
NUR 680
Alle rechten
voorbehouden.